Softwarevoorsprong

Ook op onderzoek naar software doen we het niet slecht. Het Centrum voor Wiskunde en Informatica is een van meest vooraanstaande informaticaonderzoeksinstituten ter wereld. Guido van Rossum legde daar de basis voor Python, nu een van de meestgebruikte programmeertalen in de wereld.

Als je softwareontwikkelaar bent in Nederland heb je een goed salaris. Uit de Salary Survey van AG Connect en Berenschot blijkt dat een Nederlandse developer vanaf het begin van hun carrière boven modaal betalen. Na zes jaar hebben developers het hoogste gemiddelde jaarsalaris met €55.000. En in Amsterdam zit de programmeur helemaal op rozen; het salaris daar is €10.000 hoger dan gemiddeld. In onze hoofdstad zitten immers de meeste start-ups die staan te springen om goede softwaremakers.

Er zijn er namelijk niet genoeg, dat weet je vast wel. In elke lijst naar meestgevraagde IT-functies staat de programmeur. Jonge talenten worden al van school gehaald voordat ze het diploma halen. Er zijn tientallen bootcamps om afgestudeerden zonder IT-opleiding of zij-instromers te leren programmeren. Over die bootcamps zijn experts trouwens kritisch; zij vragen zich af in hoeverre de kennis beklijft en of je in korte tijd genoeg leert om echt goede software te kunnen maken.

Afgelopen maand is een advies aangeboden aan minister Slob van Onderwijs waarin staat dat er in het onderwijs meer aandacht moet komen voor technologie. Er wordt gepleit voor statistieklessen en basisprogrammeren voor leerlingen op de basisschool, en programmeerlessen op de middelbare school. Maar het duurt nog wel even voordat het curriculum er ligt. In de vorige AG Connect vertelde Ronilla Snellen, een van de initiatiefnemers van het advies, dat ze ooit streefde naar 2021, maar dat ze verwacht dat het toch weer twee jaar opschuift. 

Er zou meer haast gemaakt moeten worden met dat programmeren in het basisonderwijs. Kinderen moeten leren programmeren, zodat ze kunnen programmeren als ze de arbeidsmarkt opkomen. Zodat we het concurrentievoordeel dat Nederland nu op het gebied van software heeft, kunnen behouden. Succesvolle Nederlandse softwarebedrijven worden nu na een tijdje opgekocht door bedrijven in andere landen. Het laat zien dat we goed zijn in wat we doen, maar ik ben er nog niet uit of het voor ons land ook het beste is. Er zijn tal van redenen te bedenken waarom je als land je eigen software wilt kunnen maken, veiligheid en privacy bijvoorbeeld. En om goede software te kunnen maken, zijn goede programmeurs noodzakelijk.

Software is eating the world. We moeten uitkijken dat we de wereld onze software niet gaat overnemen.